Elk jaar varen we een keer naar de Marker Wadden, al vanaf 2018, toen de eerste eilanden van deze kunstmatige archipel te bezoeken waren. We zagen het project groeien, grassen en struiken wortelen, steeds meer vogels invliegen en nestelen. Maar soms moeten we ons verlies nemen. We kunnen er bijvoorbeeld niet meer kamperen. En als het hard waait, is een oversteek van 9 km niet voor iedereen fijn.
Daarom pasten we de tochten in het eerste weekend van juni aan. Op zaterdag trokken we langs de rand van Flevoland over het Markermeer naar Pampus en Muiden. Woest weer, lekker onstuimige golven en volgens de waarnemingen zelfs een uurtje spektakel tussen 6 en 7 Bft. Hard werken én hard surfen. De laatste 12 km door de polder. Die ligt uiteraard lager dan het water eromheen, dat is toch het principe van een polder, maar dat we in de sluis 6 meter zouden zakken, hadden we niet verwacht.
Zondag was de groep groter en kozen we voor beschutting. Relatief, dan. Want ook op de Gouwzee schuimden de koppen van de golven en moesten we spieren wakker schudden. Van Volendam naar Monnikendam (fraaie torens) voor een perfect terrasje met de leukste serveerster ooit! Met haar vrolijkheid wist ze ons allemaal aan de taart te krijgen. Een 10 voor overredingskracht.
Met de wind pal in de rug werden we naar Marken geblazen. Groot plezier, dus mogen we niet klagen over de terugweg. De zon brak door, we pauzeerden op een grasveldje met veel belangstellenden en tuften langs de kustlijn weer terug naar ons startpunt.
Inclusief een mooie kleine camping met nachtmuziek van de roerdomp en een leuke groep kajakkers was het een topweekend! Alleen die Marker Wadden…
Zodra de wind het toelaat, gaan we er alsnog naartoe. Houd de weekenden maar vrij!