Na een vol leven en 38 jaar leraarschap weet bijzonder KCR-lid Henk Klem het zeker: wijze lessen geven heeft nauwelijks zin. ‘Inzicht is heel persoonlijk,’ concludeert hij. ‘Wat voor iemand een eyeopener is, is voor de ander onzin. Je kan mensen niet door dezelfde trechter duwen.’
Misschien is dat toch nog een wijsheid. Menig instructeur merkt dat ieder nieuw lid ook zijn eigen eyeopeners heeft. Lang niet alle instructies komen even duidelijk aan bij iedereen. Zelf heeft Henk Klem in zijn jonge jaren ook maar het wiel een beetje uitgevonden. In een Nordkap bijvoorbeeld met vreselijke wind over de Grevelingen met muren van grijs water om zich heen terwijl hem de adem werd afgesneden. ‘Dat soort dingen doe je rond je dertigste, daarna nooit meer. Je gaat meer de verantwoordelijkheid nemen voor je gezin, je werk.’
Afscheid nemen
Zijn eigen wijsheid decennia later heeft hem doen inzien dat afscheid nemen – onlangs van zijn SK-boot, de kajaksport als geheel, zijn tomeloze inzet als oud-bestuurslid in een moeilijke Never Dry-periode – bij het klimmen der jaren hoort. Niet iets om telkens over te reminisceren. ‘Al die fases horen gewoon bij het leven. Op een gegeven moment komt er een eind aan iets. Net zoals wat afstand nemen van je kinderen als die het huis uitgaan.’
Hippieclub
Hij werd lid midden jaren zeventig omdat Never Dry goedkoper was dan een jachthaven waar hij eerst een kajak had liggen. Met een breed armgebaar beeldt hij de toestand destijds uit. ‘Deze mooie kantine was er nog niet. Het was heel primitief, geen bar, een enorme rotzooi met een gaskacheltje. En er hing een alternatief sfeertje, een hippieclub. Het vermoeden bestond zelfs dat sommigen cannabis gebruikten, maar dat is nooit bewezen. Op een gegeven moment kwam er een nieuwe voorzitter, Arie van der Kooij, die later mede-oprichter werd van Outdoor Valley in Bergschenhoek. Hij wilde er weer een echte sportclub van maken, maar de vorige voorzitter probeerde die hippies te mobiliseren om tegen alle plannen te stemmen. Uiteindelijk kwam er niemand van hen opdagen. Ze zijn daarna verdwenen.’
Bergen werk
Ook Henk Klem trad toe tot het nieuwe bestuur, als terreincommissaris en secretaris. Er lagen bergen werk te wachten. De vloer was rot, toen al. Het dak lekte en de elektriciteit moest vernieuwd. Het was pappen en nathouden want de huidige kantine kwam pas veel later. ‘Het frustrerende was dat altijd dezelfde mensen het werk deden,’ herinnert hij zich. ‘Tien mensen zegden toe te komen klussen en dan zaten we met twee, drie dezelfde mensen. Verder viel toen op dat er veel nieuwe leden bij kwamen maar dat de meesten na een jaartje alweer vertrokken. Gezien de tijdgeest van nu zal dat wel nooit veranderen.’
De communicatie stelde destijds niet veel voor. Het cluborgaan Peddelblad verscheen per post en er hing een prikbord in de club. Wie wat nieuws wilde horen, moest dus lijfelijk naar de club op woensdagavond. Of je ging er op de bonnefooi heen om instructie te krijgen.
Ironie
Klem: ‘De ironie van nu is dat leden met hun mobieltjes en social media veel beter op de hoogte zijn van wat er speelt binnen de club. Je hoopt dan op meer betrokkenheid, maar je ziet dat het nu net zo veel moeite kost om leden enthousiast te maken als vroeger. Het lijkt wel alsof ze minder komen juist doordat ze alles op hun mobieltje vinden.’
Er kwam weer een nieuwe voorzitter die volgens Klem niet capabel was en al gauw opstapte. Klem had het na tien jaar bestuurswerk ook wel gezien. Voortaan ging hij weer gewoon varen. ‘De tijd dat je voor de vereniging leefde, dat ik bijvoorbeeld tochten organiseerde met mijn leerlingen van de school, was voorbij. Ik heb in die bestuurstijd alles gedaan wat ik kon doen. Nog geprobeerd een fusie met RCC voor elkaar te krijgen. We hebben toen de basis gelegd voor de KCR van nu hoewel veel van die basis al weer is verdwenen. Dat geeft niet. Ook dat hoort bij het leven.’